Het heeft even geduurd, maar ik heb uiteindelijk het boek De taal van God van Francis Collins gelezen. Deze Nederlandse vertaling (uitgebracht door Ten Have) van het Engelstalige origineel The Language of God wordt ingeleid met een voorwoord van Cees Dekker, één van de Nederlandse verdedigers van Intelligent Design (al schijnt hij daar nu een beetje op terug te komen). Ironisch genoeg moet Collins niets hebben van Intelligent Design, zoals uit hoofdstuk 9 blijkt. Collins is een zeer eminente geneticus, vooral vermaard om zijn leiderschap bij het Menselijk Genoom Project. Het is dan ook niet verwonderlijk dat hij evolutie volledig onderschrijft. Tevens is hij een evangelische christen. Om te laten zien dat dit prima samengaat, schreef hij dit boek, waarvan de titel verwijst naar het DNA als taal die God gebruikt heeft bij het scheppen van levende wezens.

Om meteen met de deur in huis te vallen: het boek viel mij tegen. Zijn bewijzen voor gemeenschappelijke afstamming zijn sterk en helder uitgelegd, maar vormen slechts een (zeer) beperkt deel van zijn boek. Wat dat betreft vind ik Finding Darwin’s God van Kenneth Miller veel sterker. Wie een toegankelijke en goede verdediging van evolutie en kritiek op creationisme zoekt, heeft meer aan het boek van Miller dan aan dat van Collins.

Wat mij vooral erg tegenviel is zijn Morele Wet, waar hij steeds op terugvalt. Hij stelt dat deze universele aanwezigheid van moraal in de mens niet evolutionair verklaard kan worden en tevens een sterk argument vormt voor het bestaan van een theïstische God. Hier valt heel veel kritiek op te leveren, zowel vanuit wetenschappelijk als filosofisch oogpunt. Ik zal hier verder niet op ingaan omdat bioloog Gert Korthof dit reeds uitgereid gedaan heeft. De centrale fout is dat zijn morele-wet-argument een god-of-the-gaps-argument is, hetgeen hij juist zo aanvalt bij Intelligent Design (en terecht). Ik snap werkelijk niet dat hij dit niet zelf ingezien heeft! Ook gaat hij (mijns inziens te) uitgebreid in op zijn persoonlijke verhaal. De argumenten waarmee hij zijn theïstische wereldbeeld verdedigt (en atheïsme dus verwerpt), vind ik buitengewoon zwak. Godsdienstfilosofisch voert hij absoluut geen sterk betoog. Sam Harris laat dit duidelijk zien in zijn recensie van Collins’ boek. Ik kan me goed vinden in Harris’ kritiek op het boek, behalve dat hij ook het positieve (de verdediging van evolutie en kritiek op creationisme) had moeten benoemen om een wat evenwichtiger beeld te schetsen.

Collins verdedigt theïstische evolutie (dat hij zelf Biologos noemt) als de manier om christendom en evolutie te verenigen. Hierbij gaat hij echter nauwelijks in op de vele (filosofische en theologische) problemen die dit standpunt met zich meebrengt (zie hier en hier). Hierdoor is zijn positie gemakkelijk te doorprikken voor zowel atheïsten als orthodoxe christenen.

Samenvattend: zijn verdediging van evolutie en kritiek op creationisme is zeker goed, maar de rest is weinig overtuigend.

Naar aanleiding van het vlak achter elkaar uitkomen van Collins’ The Language of God en Richard Dawkins’ The God Delusion, was er in het programma Boeken een klein debat tussen de atheïst Herman Philipse en christen Cees Dekker. Dit debat is hier terug te kijken. Hier is een kritisch commentaar op het debat te vinden.

 

Wie zijn er online?

We hebben 114 gasten en geen leden online

Geef je mening

Welke positie over het bestaan van god(en) onderschrijft u?

Bekende atheïsten

Woody AllenWoody Allen, Amerikaans regisseur, acteur en schrijver.

Citaat

De een gelooft in Wodan die de bliksem maakt, of in de goden op de Olympus, een ander in een God die zijn zoon heeft laten vermoorden, en weer anderen in heilige olifanten. Verder hebben de meeste volkeren een rotsvast geloof in de juistheid van hun geloof, en ze menen dat daar ook een overvloed van argumenten voor is. Maar die overvloed is nooit zo groot dat ze een ander volk kunnen overtuigen, want op grote schaal bekeren gebeurt alleen als het ene volk het andere onderwerpt. Het meest opvallend is het verband tussen geloof en geweld. Het verschil tussen het rationeel zoeken naar een praktische oplossing en het grijpen naar wapens, dat verschil wordt grotendeels veroorzaakt door het heilig vuur van het eigen religieus gelijk. De godsdienst maakt mensen bereid om te sterven voor hun partij. De kwestie Jeruzalem was al lang opgelost als het ging over een kilometer grond, maar het gaat om heilige grond! Jongemannen zouden wel uitkijken voordat ze zichzelf opbliezen bij een zelfmoordmissie, maar hen wacht de eeuwige hemel! Noord-Ieren hebben geen groter probleem met elkaar dan Friezen met Groningers, maar het geloof houdt hun haat vlammend.

~ Ronald Plasterk

Het heeft even geduurd, maar ik heb uiteindelijk het boek De taal van God van Francis Collins gelezen. Deze Nederlandse vertaling (uitgebracht door Ten Have) van het Engelstalige origineel The Language of God wordt ingeleid met een voorwoord van Cees Dekker, één van de Nederlandse verdedigers van Intelligent Design (al schijnt hij daar nu een beetje op terug te komen). Ironisch genoeg moet Collins niets hebben van Intelligent Design, zoals uit hoofdstuk 9 blijkt. Collins is een zeer eminente geneticus, vooral vermaard om zijn leiderschap bij het Menselijk Genoom Project. Het is dan ook niet verwonderlijk dat hij evolutie volledig onderschrijft. Tevens is hij een evangelische christen. Om te laten zien dat dit prima samengaat, schreef hij dit boek, waarvan de titel verwijst naar het DNA als taal die God gebruikt heeft bij het scheppen van levende wezens.

Om meteen met de deur in huis te vallen: het boek viel mij tegen. Zijn bewijzen voor gemeenschappelijke afstamming zijn sterk en helder uitgelegd, maar vormen slechts een (zeer) beperkt deel van zijn boek. Wat dat betreft vind ik Finding Darwin’s God van Kenneth Miller veel sterker. Wie een toegankelijke en goede verdediging van evolutie en kritiek op creationisme zoekt, heeft meer aan het boek van Miller dan aan dat van Collins.

Wat mij vooral erg tegenviel is zijn Morele Wet, waar hij steeds op terugvalt. Hij stelt dat deze universele aanwezigheid van moraal in de mens niet evolutionair verklaard kan worden en tevens een sterk argument vormt voor het bestaan van een theïstische God. Hier valt heel veel kritiek op te leveren, zowel vanuit wetenschappelijk als filosofisch oogpunt. Ik zal hier verder niet op ingaan omdat bioloog Gert Korthof dit reeds uitgereid gedaan heeft. De centrale fout is dat zijn morele-wet-argument een god-of-the-gaps-argument is, hetgeen hij juist zo aanvalt bij Intelligent Design (en terecht). Ik snap werkelijk niet dat hij dit niet zelf ingezien heeft! Ook gaat hij (mijns inziens te) uitgebreid in op zijn persoonlijke verhaal. De argumenten waarmee hij zijn theïstische wereldbeeld verdedigt (en atheïsme dus verwerpt), vind ik buitengewoon zwak. Godsdienstfilosofisch voert hij absoluut geen sterk betoog. Sam Harris laat dit duidelijk zien in zijn recensie van Collins’ boek. Ik kan me goed vinden in Harris’ kritiek op het boek, behalve dat hij ook het positieve (de verdediging van evolutie en kritiek op creationisme) had moeten benoemen om een wat evenwichtiger beeld te schetsen.

Collins verdedigt theïstische evolutie (dat hij zelf Biologos noemt) als de manier om christendom en evolutie te verenigen. Hierbij gaat hij echter nauwelijks in op de vele (filosofische en theologische) problemen die dit standpunt met zich meebrengt (zie hier en hier). Hierdoor is zijn positie gemakkelijk te doorprikken voor zowel atheïsten als orthodoxe christenen.

Samenvattend: zijn verdediging van evolutie en kritiek op creationisme is zeker goed, maar de rest is weinig overtuigend.

Naar aanleiding van het vlak achter elkaar uitkomen van Collins’ The Language of God en Richard Dawkins’ The God Delusion, was er in het programma Boeken een klein debat tussen de atheïst Herman Philipse en christen Cees Dekker. Dit debat is hier terug te kijken. Hier is een kritisch commentaar op het debat te vinden.

Wie zijn er online?

We hebben 114 gasten en geen leden online

Geef je mening

Welke positie over het bestaan van god(en) onderschrijft u?

Bekende atheïsten

Woody AllenWoody Allen, Amerikaans regisseur, acteur en schrijver.

Citaat

De een gelooft in Wodan die de bliksem maakt, of in de goden op de Olympus, een ander in een God die zijn zoon heeft laten vermoorden, en weer anderen in heilige olifanten. Verder hebben de meeste volkeren een rotsvast geloof in de juistheid van hun geloof, en ze menen dat daar ook een overvloed van argumenten voor is. Maar die overvloed is nooit zo groot dat ze een ander volk kunnen overtuigen, want op grote schaal bekeren gebeurt alleen als het ene volk het andere onderwerpt. Het meest opvallend is het verband tussen geloof en geweld. Het verschil tussen het rationeel zoeken naar een praktische oplossing en het grijpen naar wapens, dat verschil wordt grotendeels veroorzaakt door het heilig vuur van het eigen religieus gelijk. De godsdienst maakt mensen bereid om te sterven voor hun partij. De kwestie Jeruzalem was al lang opgelost als het ging over een kilometer grond, maar het gaat om heilige grond! Jongemannen zouden wel uitkijken voordat ze zichzelf opbliezen bij een zelfmoordmissie, maar hen wacht de eeuwige hemel! Noord-Ieren hebben geen groter probleem met elkaar dan Friezen met Groningers, maar het geloof houdt hun haat vlammend.

~ Ronald Plasterk