Er is reeds aardig wat aandacht besteed aan het foldertje “Evolutie of schepping? Wat geloof jij?”, dat een groep creationisten in februari 2009 bij zes miljoen Nederlandse huizen in de bus wil gaan doen. De reacties zijn wisselend. Vanuit conservatief christelijke kring is het initiatief voornamelijk toegejuicht, zoals onder andere blijkt uit een aantal stukken uit het Reformatorisch Dagblad hierover. Vanuit liberaal christelijke kring en van de wetenschappelijk onderlegden is er vooral kritiek. Beide reacties zijn begrijpelijk. Het volledig accepteren van evolutie heeft behoorlijke consequenties voor traditionele doctrines uit het christelijk geloof, waaronder de historiciteit van Adam en Eva, de zondeval, het evenbeeld Gods waarnaar de mens geschapen zou zijn en de goedheid van Gods schepping. Vooral conservatieve christenen zijn niet bereid dergelijke doctrines op te geven of ze ten minste in een ander licht te plaatsen. Ik ben al eens eerder uitgebreid op deze problematiek ingegaan en zal dat hier verder niet doen.

Anderzijds is de inhoud van het foldertje wetenschappelijk gezien compleet onhoudbaar, waardoor een wetenschappelijk onderlegde christen niets anders kan doen dan met kritiek komen. In dit stuk wil ook ik mij voornamelijk richten op de inhoud van het foldertje. Daarmee is namelijk van alles mis. Niet alleen bevat het een aantal suggestieve opmerkingen over wetenschap en evolutie, maar ook de nodige feitelijke onjuistheden. Vanuit wetenschappelijk oogpunt is de inhoud volstrekte kolder. Het foldertje moet dan ook gezien worden als een poging tot het winnen van zieltjes van onwetende en goedgelovige mensen, niet als serieuze wetenschappelijke kritiek.

Het eerste punt dat gemaakt wordt is “Hoe we feiten uitleggen hangt af van wat we er over weten.” Hiermee wordt de suggestie gewekt, zoals ook in de rest van de folder duidelijk wordt, dat evolutiebiologen en creationisten op gelijke gelovige voet staan omdat ze slechts verschillen van interpretatie, terwijl ze hetzelfde waarnemen. Er is alleen sprake van een andere ‘bril’, zoals de auteurs illustreren met een plaatje. Dit is misleidend omdat niet elke interpretatie even houdbaar is. De interpretatie van creationisten wordt afgewezen in de wetenschappelijke wereld omdat ze in strijd is met heel veel kennis uit meerdere wetenschappelijke disciplines naast de evolutiebiologie (waaronder de geologie, astronomie, natuurkunde en geschiedkunde). De creationistische 'interpretatie' is ook afhankelijk van bovennatuurlijke verklaringen, hetgeen in de wetenschap niet geaccepteerd wordt.

Een ander plaatje dat hierbij gebruikt wordt, is ook erg suggestief. De persoon die naar de levende natuur kijkt als schepping wordt afgebeeld met een roze hart, maar de persoon die naar de levende natuur kijkt als het product van evolutie wordt afgebeeld met een donkergrijs hart. Wat de schrijvers ook duidelijk willen maken over iemand die evolutie accepteert, het is niet positief. Een tussenweg is blijkbaar evenmin mogelijk volgens hen, terwijl heel veel christenen de levende natuur zien als de door evolutie geproduceerde schepping.

Vervolgens wordt er een onderscheid gemaakt tussen “technische wetenschap” en “historische wetenschap”. Bij de eerste zijn herhaalbare experimenten mogelijk, bij de tweede niet. Volgens de schrijvers hangt de tweede soort sterk af van hoe je er naar kijkt. Evolutie wordt tot de “historische wetenschap” gerekend, implicerend dat het slechts een manier van kijken is. Hiermee zijn verscheidene dingen mis.

Ten eerste is de evolutiebiologie niet alleen een historische wetenschap. In vele laboratoria ter wereld worden experimenten gedaan waarin evolutie in herhaalbare experimenten wordt onderzocht (zoals het werk van de onderzoeksgroep van Richard Lenski). Ten tweede kan ook historisch onderzoek betrouwbare kennis opleveren doordat ook indirecte waarneming mogelijk is. Door sporen uit het verleden te onderzoeken, is het vaak mogelijk te reconstrueren wat er in het verleden gebeurd is. Alle historici werken op deze manier, maar ook rechercheurs als ze een misdrijf willen oplossen waarbij ze niet zelf aanwezig waren. Als een evolutiebioloog onderzoek doet naar het evolutionaire verleden, is zijn werk sterk vergelijkbaar met dat van een rechercheur.

In het volgende stukje wordt de lezer gevraagd of het ontstaan van de mens uit een eencellige klopt “met wat je normaal om je heen ziet”. Natuurlijk klopt dit niet, dit proces heeft 3,5 miljard jaar geduurd! Grote uiterlijke evolutionaire veranderingen kosten in de meeste gevallen vele duizenden of miljoenen jaren. De veranderingen gaan te langzaam om in korte tijd te observeren. De vraag die hier gesteld wordt, is hierdoor vergelijkbaar met de vraag of het klopt dat je vingernagels groeien als je er voor een minuut naar kijkt. Gelukkig zijn er meer dan genoeg indirecte waarnemingen die laten zien dat al het leven aan elkaar verwant is en uiteindelijk van eencelligen afstamt. Tot slot wordt evolutie voorgesteld als één lijn van eencellige naar mens, hetgeen een sterk verouderd en onjuist beeld van evolutie geeft.

Vervolgens wordt er ingegaan op fossielen, die op een bepaalde manier in de aardkorst voorkomen (in de oudste lagen alleen eencelligen en complexere organismen naarmate de lagen jonger worden). Ook hier wordt gesuggereerd dat het slechts een kwestie van interpretatie is. Volgens evolutiebiologen en geologen zijn de aardlagen en de fossielen erin veelal gedurende vele miljoenen jaren ontstaan. Volgens de creationisten zijn de fossielen het gevolg van één grote natuurramp (de Bijbelse zondvloedmythe natuurlijk). Hoe slimmer de dieren waren, hoe langer ze voor het wassende water konden vluchten naar hogere gebieden om zo in hogere (= meestal jongere) aardlagen terecht te komen.

Met deze ‘interpretatie’ van het fossielenbestand is een bijna eindeloze hoeveelheid problemen. Er is dan ook zo goed als geen enkele geoloog die dit serieus neemt. Gras kan bijvoorbeeld moeilijk vluchten voor het wassend water, maar toch komt het niet voor in de onderste oudste (= meestal onderste) aardlagen. Ook is er geen enkel spoor van mensen of andere zoogdieren te vinden in de onderste aardlagen, terwijl toch ten minste een paar van hen niet naar hogere gebieden zouden hebben kunnen vluchten (zoals oude en ernstige zieke mensen/dieren). Ook huizen en andere menselijke voorwerpen treffen we uitsluitend aan in de meest recente aardlagen, en ook deze konden natuurlijk niet vluchten, noch allemaal meegenomen worden. Tot slot zouden de aardlagen allemaal ongeveer even oud moeten zijn als ze door één grote vloed zijn ontstaan, maar dat zijn ze niet, zoals uit heel veel geologische onderzoek is gebleken.

Ook de fossiele bomen die door meerdere aardlagen heen steken kunnen natuurlijk niet onbesproken blijven. Volgens de creationisten is dit een probleem voor de evolutietheorie omdat “De evolutietheorie veronderstelt dat de aardlagen gedurende miljoenen jaren gevormd zijn.”. Ten eerste wordt dit niet verondersteld door de evolutietheorie: de ouderdom van aardlagen wordt bepaald door deugdelijk onderzoek door experts in gespecialiseerde laboratoria. Ten tweede worden aardlagen niet per definitie gevormd gedurende miljoenen jaren, maar kunnen ze ook snel ontstaan door bijvoorbeeld (periodieke) lokale overstromingen of vulkaanuitbarstingen. Dit is uitgebreid onderzocht door geologen en er is veel over bekend. Op deze manier kunnen ook bomen die door meerdere aardlagen heen steken worden verklaard, zoals hier wordt uitgelegd.

De laatste aanval in het foldertje op de evolutiebiologie zijn de embryonale overeenkomsten. In het foldertje staat dat de overeenkomsten slechts gebaseerd zijn op de onnauwkeurige tekeningen van Ernst Haeckel, en niet op de werkelijkheid. Ook dit is onjuist, de embryonale overeenkomsten bestaan wel degelijk. Een mooi voorbeeld daarvan is de embryonale staart, die uitsteekt achter de zich ontwikkelende achterpoten. Alle dieren met poten hebben zo’n embryonale staart, ook als ze die niet meer hebben als ze geboren zijn, zoals wij. Op deze foto’s en scans is dat duidelijk te zien bij de mens. Opmerkelijk genoeg is van die staart niets terug te zien in het plaatje hierover uit het foldertje, terwijl die naar eigen zeggen gemaakt is “naar een foto van echte embryo’s”. Deze creationisten doen dus hetzelfde als waarvan ze Haeckel beschuldigen: het onjuist weergeven van embryo’s in tekeningen.

Aan het einde van het foldertje wordt nog eens duidelijk dat de auteurs puur religieus gemotiveerd zijn, niet wetenschappelijk. Ze sluiten af met een stuk over Gods vermeende liefde voor de mens en stellen dat er volgens de evolutietheorie geen antwoord bestaat op vragen als “Waar kom ik vandaan?, Waarom ben ik hier? en Waar ga ik heen als ik sterf?”. Dit zijn vragen die deels wetenschappelijk en deels filosofisch of religieus van aard zijn. Het is aan ieder mens daar op zijn eigen manier mee om te gaan. Dat kan zowel met of zonder de acceptatie van evolutiebiologische kennis.

 

Wie zijn er online?

We hebben 86 gasten en geen leden online

Geef je mening

Welke positie over het bestaan van god(en) onderschrijft u?

Bekende atheïsten

Jack NicholsonJack Nicholson, Amerikaans acteur.

Citaat

It is often said, mainly by the "no-contests", that although there is no positive evidence for the existence of God, nor is there evidence against his existence. So it is best to keep an open mind and be agnostic. At first sight that seems an unassailable position, at least in the weak sense of Pascal's wager. But on second thoughts it seems a cop-out, because the same could be said of Father Christmas and tooth fairies. There may be fairies at the bottom of the garden. There is no evidence for it, but you can't prove that there aren't any, so shouldn't we be agnostic with respect to fairies?

~ Richard Dawkins

Er is reeds aardig wat aandacht besteed aan het foldertje “Evolutie of schepping? Wat geloof jij?”, dat een groep creationisten in februari 2009 bij zes miljoen Nederlandse huizen in de bus wil gaan doen. De reacties zijn wisselend. Vanuit conservatief christelijke kring is het initiatief voornamelijk toegejuicht, zoals onder andere blijkt uit een aantal stukken uit het Reformatorisch Dagblad hierover. Vanuit liberaal christelijke kring en van de wetenschappelijk onderlegden is er vooral kritiek. Beide reacties zijn begrijpelijk. Het volledig accepteren van evolutie heeft behoorlijke consequenties voor traditionele doctrines uit het christelijk geloof, waaronder de historiciteit van Adam en Eva, de zondeval, het evenbeeld Gods waarnaar de mens geschapen zou zijn en de goedheid van Gods schepping. Vooral conservatieve christenen zijn niet bereid dergelijke doctrines op te geven of ze ten minste in een ander licht te plaatsen. Ik ben al eens eerder uitgebreid op deze problematiek ingegaan en zal dat hier verder niet doen.

Anderzijds is de inhoud van het foldertje wetenschappelijk gezien compleet onhoudbaar, waardoor een wetenschappelijk onderlegde christen niets anders kan doen dan met kritiek komen. In dit stuk wil ook ik mij voornamelijk richten op de inhoud van het foldertje. Daarmee is namelijk van alles mis. Niet alleen bevat het een aantal suggestieve opmerkingen over wetenschap en evolutie, maar ook de nodige feitelijke onjuistheden. Vanuit wetenschappelijk oogpunt is de inhoud volstrekte kolder. Het foldertje moet dan ook gezien worden als een poging tot het winnen van zieltjes van onwetende en goedgelovige mensen, niet als serieuze wetenschappelijke kritiek.

Het eerste punt dat gemaakt wordt is “Hoe we feiten uitleggen hangt af van wat we er over weten.” Hiermee wordt de suggestie gewekt, zoals ook in de rest van de folder duidelijk wordt, dat evolutiebiologen en creationisten op gelijke gelovige voet staan omdat ze slechts verschillen van interpretatie, terwijl ze hetzelfde waarnemen. Er is alleen sprake van een andere ‘bril’, zoals de auteurs illustreren met een plaatje. Dit is misleidend omdat niet elke interpretatie even houdbaar is. De interpretatie van creationisten wordt afgewezen in de wetenschappelijke wereld omdat ze in strijd is met heel veel kennis uit meerdere wetenschappelijke disciplines naast de evolutiebiologie (waaronder de geologie, astronomie, natuurkunde en geschiedkunde). De creationistische 'interpretatie' is ook afhankelijk van bovennatuurlijke verklaringen, hetgeen in de wetenschap niet geaccepteerd wordt.

Een ander plaatje dat hierbij gebruikt wordt, is ook erg suggestief. De persoon die naar de levende natuur kijkt als schepping wordt afgebeeld met een roze hart, maar de persoon die naar de levende natuur kijkt als het product van evolutie wordt afgebeeld met een donkergrijs hart. Wat de schrijvers ook duidelijk willen maken over iemand die evolutie accepteert, het is niet positief. Een tussenweg is blijkbaar evenmin mogelijk volgens hen, terwijl heel veel christenen de levende natuur zien als de door evolutie geproduceerde schepping.

Vervolgens wordt er een onderscheid gemaakt tussen “technische wetenschap” en “historische wetenschap”. Bij de eerste zijn herhaalbare experimenten mogelijk, bij de tweede niet. Volgens de schrijvers hangt de tweede soort sterk af van hoe je er naar kijkt. Evolutie wordt tot de “historische wetenschap” gerekend, implicerend dat het slechts een manier van kijken is. Hiermee zijn verscheidene dingen mis.

Ten eerste is de evolutiebiologie niet alleen een historische wetenschap. In vele laboratoria ter wereld worden experimenten gedaan waarin evolutie in herhaalbare experimenten wordt onderzocht (zoals het werk van de onderzoeksgroep van Richard Lenski). Ten tweede kan ook historisch onderzoek betrouwbare kennis opleveren doordat ook indirecte waarneming mogelijk is. Door sporen uit het verleden te onderzoeken, is het vaak mogelijk te reconstrueren wat er in het verleden gebeurd is. Alle historici werken op deze manier, maar ook rechercheurs als ze een misdrijf willen oplossen waarbij ze niet zelf aanwezig waren. Als een evolutiebioloog onderzoek doet naar het evolutionaire verleden, is zijn werk sterk vergelijkbaar met dat van een rechercheur.

In het volgende stukje wordt de lezer gevraagd of het ontstaan van de mens uit een eencellige klopt “met wat je normaal om je heen ziet”. Natuurlijk klopt dit niet, dit proces heeft 3,5 miljard jaar geduurd! Grote uiterlijke evolutionaire veranderingen kosten in de meeste gevallen vele duizenden of miljoenen jaren. De veranderingen gaan te langzaam om in korte tijd te observeren. De vraag die hier gesteld wordt, is hierdoor vergelijkbaar met de vraag of het klopt dat je vingernagels groeien als je er voor een minuut naar kijkt. Gelukkig zijn er meer dan genoeg indirecte waarnemingen die laten zien dat al het leven aan elkaar verwant is en uiteindelijk van eencelligen afstamt. Tot slot wordt evolutie voorgesteld als één lijn van eencellige naar mens, hetgeen een sterk verouderd en onjuist beeld van evolutie geeft.

Vervolgens wordt er ingegaan op fossielen, die op een bepaalde manier in de aardkorst voorkomen (in de oudste lagen alleen eencelligen en complexere organismen naarmate de lagen jonger worden). Ook hier wordt gesuggereerd dat het slechts een kwestie van interpretatie is. Volgens evolutiebiologen en geologen zijn de aardlagen en de fossielen erin veelal gedurende vele miljoenen jaren ontstaan. Volgens de creationisten zijn de fossielen het gevolg van één grote natuurramp (de Bijbelse zondvloedmythe natuurlijk). Hoe slimmer de dieren waren, hoe langer ze voor het wassende water konden vluchten naar hogere gebieden om zo in hogere (= meestal jongere) aardlagen terecht te komen.

Met deze ‘interpretatie’ van het fossielenbestand is een bijna eindeloze hoeveelheid problemen. Er is dan ook zo goed als geen enkele geoloog die dit serieus neemt. Gras kan bijvoorbeeld moeilijk vluchten voor het wassend water, maar toch komt het niet voor in de onderste oudste (= meestal onderste) aardlagen. Ook is er geen enkel spoor van mensen of andere zoogdieren te vinden in de onderste aardlagen, terwijl toch ten minste een paar van hen niet naar hogere gebieden zouden hebben kunnen vluchten (zoals oude en ernstige zieke mensen/dieren). Ook huizen en andere menselijke voorwerpen treffen we uitsluitend aan in de meest recente aardlagen, en ook deze konden natuurlijk niet vluchten, noch allemaal meegenomen worden. Tot slot zouden de aardlagen allemaal ongeveer even oud moeten zijn als ze door één grote vloed zijn ontstaan, maar dat zijn ze niet, zoals uit heel veel geologische onderzoek is gebleken.

Ook de fossiele bomen die door meerdere aardlagen heen steken kunnen natuurlijk niet onbesproken blijven. Volgens de creationisten is dit een probleem voor de evolutietheorie omdat “De evolutietheorie veronderstelt dat de aardlagen gedurende miljoenen jaren gevormd zijn.”. Ten eerste wordt dit niet verondersteld door de evolutietheorie: de ouderdom van aardlagen wordt bepaald door deugdelijk onderzoek door experts in gespecialiseerde laboratoria. Ten tweede worden aardlagen niet per definitie gevormd gedurende miljoenen jaren, maar kunnen ze ook snel ontstaan door bijvoorbeeld (periodieke) lokale overstromingen of vulkaanuitbarstingen. Dit is uitgebreid onderzocht door geologen en er is veel over bekend. Op deze manier kunnen ook bomen die door meerdere aardlagen heen steken worden verklaard, zoals hier wordt uitgelegd.

De laatste aanval in het foldertje op de evolutiebiologie zijn de embryonale overeenkomsten. In het foldertje staat dat de overeenkomsten slechts gebaseerd zijn op de onnauwkeurige tekeningen van Ernst Haeckel, en niet op de werkelijkheid. Ook dit is onjuist, de embryonale overeenkomsten bestaan wel degelijk. Een mooi voorbeeld daarvan is de embryonale staart, die uitsteekt achter de zich ontwikkelende achterpoten. Alle dieren met poten hebben zo’n embryonale staart, ook als ze die niet meer hebben als ze geboren zijn, zoals wij. Op deze foto’s en scans is dat duidelijk te zien bij de mens. Opmerkelijk genoeg is van die staart niets terug te zien in het plaatje hierover uit het foldertje, terwijl die naar eigen zeggen gemaakt is “naar een foto van echte embryo’s”. Deze creationisten doen dus hetzelfde als waarvan ze Haeckel beschuldigen: het onjuist weergeven van embryo’s in tekeningen.

Aan het einde van het foldertje wordt nog eens duidelijk dat de auteurs puur religieus gemotiveerd zijn, niet wetenschappelijk. Ze sluiten af met een stuk over Gods vermeende liefde voor de mens en stellen dat er volgens de evolutietheorie geen antwoord bestaat op vragen als “Waar kom ik vandaan?, Waarom ben ik hier? en Waar ga ik heen als ik sterf?”. Dit zijn vragen die deels wetenschappelijk en deels filosofisch of religieus van aard zijn. Het is aan ieder mens daar op zijn eigen manier mee om te gaan. Dat kan zowel met of zonder de acceptatie van evolutiebiologische kennis.

Wie zijn er online?

We hebben 86 gasten en geen leden online

Geef je mening

Welke positie over het bestaan van god(en) onderschrijft u?

Bekende atheïsten

Jack NicholsonJack Nicholson, Amerikaans acteur.

Citaat

It is often said, mainly by the "no-contests", that although there is no positive evidence for the existence of God, nor is there evidence against his existence. So it is best to keep an open mind and be agnostic. At first sight that seems an unassailable position, at least in the weak sense of Pascal's wager. But on second thoughts it seems a cop-out, because the same could be said of Father Christmas and tooth fairies. There may be fairies at the bottom of the garden. There is no evidence for it, but you can't prove that there aren't any, so shouldn't we be agnostic with respect to fairies?

~ Richard Dawkins