Dit zeker zijn van de dingen waarop je hoopt en overtuigd zijn van het bestaan van dingen die je niet kunt zien, vind ik een zeer zwakke basis om overtuigingen op te baseren. Ten eerste is hoop een verwachting, een wens, en verwachtingen en wensen komen lang niet altijd uit, zoals iedereen zal beamen. Het feit dat ik wens of verlang dat iets is, staat los van hoe iets werkelijk is. Ik zou bijvoorbeeld kunnen wensen dat alle zieken beter worden, maar hierdoor zullen echt de ziekenhuizen niet leeglopen. Dit geldt ook voor vele geloofsaspecten. Mensen kunnen willen dat er een liefdevolle god in de hemel zit, of dat er een leven na de dood is, maar er is geen enkele aanwijzing dat dit meer is dan wishful thinking. Hoop kan hooguit de illusie van zekerheid geven.

Ten tweede: hoe kun je overtuigd zijn dat dingen die je niet ziet (of waarneemt in het algemeen) toch bestaan? Hoe is zoiets te onderscheiden van illusie of mythe?

Vaak heb ik gehoord dat gelovigen 'weten' of 'voelen' dat hun god bestaat. Wat hieronder precies verstaan wordt, zal per gelovige verschillen. Het probleem hiermee is dat gelovigen van verschillende geloven dit beweren. Dit zou dus het bewijs moeten zijn dat al deze goden bestaan, wat de grote monotheïstische godsdiensten (christendom, jodendom en de islam) uitsluiten.

Een ander probleem is dat dit persoonlijk ervaren niet te onderscheiden is van illusie. Er zijn ook mensen die hebben ervaren dat ze door buitenaardse wezens ontvoerd zijn. Is dit dan het bewijs voor het bestaan van intelligent buitenaards leven? Ervaringen zijn het product van onze werkende hersenen en daardoor ook gevoelig voor invloeden hierop. Verschillende soorten drug als LSD, paddo's en alcohol (in mindere mate), beïnvloeden de werking van de hersenen en daardoor ook onze ervaring. Ook bepaalde hersenaandoeningen kunnen ervaring beïnvloeden. Zo kan bijvoorbeeld temporaal kwab epilepsie (TLE) tot sterke religieuze ervaringen leiden. De symptomen van dit ziektebeeld zijn onder andere terug te vinden bij prominente religieuze figuren als Moses, Paulus en de profeet Mohammed. Een ervaring van iets tussen de oren is geen teken dat het daarbuiten ook bestaat.

Hoewel bovenstaande voorbeelden uitzonderlijk en pathologisch (ziekelijk) zijn, zijn bepaalde religieuze ervaringen duidelijk terug te voeren op bepaalde hersentoestanden. In hun boek "Why God Won't Go Away" beschrijven twee Amerikaanse wetenschappers hun onderzoek naar de hersentoestanden van biddende rooms-katholieke nonnen en mediterende Tibetaanse boeddhisten. Hieruit bleek dat religieuze ervaringen samenvielen met ongewone hersenactiviteit. Uit de neuropsychologische analyse blijkt dat sommige delen van de hersenen die verantwoordelijk zijn voor het bepalen van de grens tussen het 'ik' en de wereld dramatisch veranderen tijdens een diepe spirituele ervaring. Hersenscans tonen aan dat het zelfgevoel van gelovigen helemaal verdwijnt of oneindig groot wordt. Ze ervaren een gevoel van oneindige ruimte en eeuwigheid of van een tijd- en ruimteloze leegte. Deze gevoelens worden al millennia omschreven door gelovige of mediterende mensen. Dit is een van de redenen waarom religies zoveel gemeenschappelijke kenmerken hebben. De verschillen worden onder andere veroorzaakt door cultureel bepaalde interpretaties van die toestanden. Het afsluiten van zintuiglijke informatie berooft dat deel van de hersenen dat verantwoordelijk is voor de oriëntatie van het individu, van de nodige input. Daardoor valt de grens tussen het 'zelf' en de wereld weg. Ritmische geluiden, repetitieve zinnen als in matra's of gebeden, bepaalde geuren en uitzonderlijke fysieke gebaren kunnen een reactie veroorzaken in delen van het brein die spirituele gevoelens genereren.

Ik denk dat de ervaring, waarvan gelovigen menen dat het een bewijs is voor het bestaan van hun god is, simpelweg iets menselijks is: iedereen heeft het. Het verschil zit dan ook in de interpretatie en verklaring van die ervaring. De ervaring van de schoonheid en complexiteit van de natuur bijvoorbeeld, zal een christen aan God toeschrijven, een moslim aan Allah en een aanhanger van een natuurgodsdienst diep in de jungle misschien weer aan een andere godheid. Een atheïst, die deze ervaring net zo goed kan hebben, zal dit toeschrijven aan de natuur zelf, en zal misschien over een verklaring hiervoor nadenken. Dit doet echter niets af aan de echtheid en heerlijkheid van zo'n ervaring!

Zie verder:
- Religious Experience in The Secular Web Library (Engels)
 

Wie zijn er online?

We hebben 215 gasten en geen leden online

Geef je mening

Welke positie over het bestaan van god(en) onderschrijft u?

Bekende atheïsten

Ralf BodelierRalf Bodelier, theoloog, journalist, debatleider en schrijver.

Citaat

Is man one of God's blunders? Or is God one of man's blunders?

~ Friedrich Nietsche

Dit zeker zijn van de dingen waarop je hoopt en overtuigd zijn van het bestaan van dingen die je niet kunt zien, vind ik een zeer zwakke basis om overtuigingen op te baseren. Ten eerste is hoop een verwachting, een wens, en verwachtingen en wensen komen lang niet altijd uit, zoals iedereen zal beamen. Het feit dat ik wens of verlang dat iets is, staat los van hoe iets werkelijk is. Ik zou bijvoorbeeld kunnen wensen dat alle zieken beter worden, maar hierdoor zullen echt de ziekenhuizen niet leeglopen. Dit geldt ook voor vele geloofsaspecten. Mensen kunnen willen dat er een liefdevolle god in de hemel zit, of dat er een leven na de dood is, maar er is geen enkele aanwijzing dat dit meer is dan wishful thinking. Hoop kan hooguit de illusie van zekerheid geven.

Ten tweede: hoe kun je overtuigd zijn dat dingen die je niet ziet (of waarneemt in het algemeen) toch bestaan? Hoe is zoiets te onderscheiden van illusie of mythe?

Vaak heb ik gehoord dat gelovigen 'weten' of 'voelen' dat hun god bestaat. Wat hieronder precies verstaan wordt, zal per gelovige verschillen. Het probleem hiermee is dat gelovigen van verschillende geloven dit beweren. Dit zou dus het bewijs moeten zijn dat al deze goden bestaan, wat de grote monotheïstische godsdiensten (christendom, jodendom en de islam) uitsluiten.

Een ander probleem is dat dit persoonlijk ervaren niet te onderscheiden is van illusie. Er zijn ook mensen die hebben ervaren dat ze door buitenaardse wezens ontvoerd zijn. Is dit dan het bewijs voor het bestaan van intelligent buitenaards leven? Ervaringen zijn het product van onze werkende hersenen en daardoor ook gevoelig voor invloeden hierop. Verschillende soorten drug als LSD, paddo's en alcohol (in mindere mate), beïnvloeden de werking van de hersenen en daardoor ook onze ervaring. Ook bepaalde hersenaandoeningen kunnen ervaring beïnvloeden. Zo kan bijvoorbeeld temporaal kwab epilepsie (TLE) tot sterke religieuze ervaringen leiden. De symptomen van dit ziektebeeld zijn onder andere terug te vinden bij prominente religieuze figuren als Moses, Paulus en de profeet Mohammed. Een ervaring van iets tussen de oren is geen teken dat het daarbuiten ook bestaat.

Hoewel bovenstaande voorbeelden uitzonderlijk en pathologisch (ziekelijk) zijn, zijn bepaalde religieuze ervaringen duidelijk terug te voeren op bepaalde hersentoestanden. In hun boek "Why God Won't Go Away" beschrijven twee Amerikaanse wetenschappers hun onderzoek naar de hersentoestanden van biddende rooms-katholieke nonnen en mediterende Tibetaanse boeddhisten. Hieruit bleek dat religieuze ervaringen samenvielen met ongewone hersenactiviteit. Uit de neuropsychologische analyse blijkt dat sommige delen van de hersenen die verantwoordelijk zijn voor het bepalen van de grens tussen het 'ik' en de wereld dramatisch veranderen tijdens een diepe spirituele ervaring. Hersenscans tonen aan dat het zelfgevoel van gelovigen helemaal verdwijnt of oneindig groot wordt. Ze ervaren een gevoel van oneindige ruimte en eeuwigheid of van een tijd- en ruimteloze leegte. Deze gevoelens worden al millennia omschreven door gelovige of mediterende mensen. Dit is een van de redenen waarom religies zoveel gemeenschappelijke kenmerken hebben. De verschillen worden onder andere veroorzaakt door cultureel bepaalde interpretaties van die toestanden. Het afsluiten van zintuiglijke informatie berooft dat deel van de hersenen dat verantwoordelijk is voor de oriëntatie van het individu, van de nodige input. Daardoor valt de grens tussen het 'zelf' en de wereld weg. Ritmische geluiden, repetitieve zinnen als in matra's of gebeden, bepaalde geuren en uitzonderlijke fysieke gebaren kunnen een reactie veroorzaken in delen van het brein die spirituele gevoelens genereren.

Ik denk dat de ervaring, waarvan gelovigen menen dat het een bewijs is voor het bestaan van hun god is, simpelweg iets menselijks is: iedereen heeft het. Het verschil zit dan ook in de interpretatie en verklaring van die ervaring. De ervaring van de schoonheid en complexiteit van de natuur bijvoorbeeld, zal een christen aan God toeschrijven, een moslim aan Allah en een aanhanger van een natuurgodsdienst diep in de jungle misschien weer aan een andere godheid. Een atheïst, die deze ervaring net zo goed kan hebben, zal dit toeschrijven aan de natuur zelf, en zal misschien over een verklaring hiervoor nadenken. Dit doet echter niets af aan de echtheid en heerlijkheid van zo'n ervaring!

Zie verder:
- Religious Experience in The Secular Web Library (Engels)

Wie zijn er online?

We hebben 215 gasten en geen leden online

Geef je mening

Welke positie over het bestaan van god(en) onderschrijft u?

Bekende atheïsten

Ralf BodelierRalf Bodelier, theoloog, journalist, debatleider en schrijver.

Citaat

Is man one of God's blunders? Or is God one of man's blunders?

~ Friedrich Nietsche